Ongeval op water
Ongeval op water
Op het water kunnen ongelukken gebeuren. Denk aan aanvaringen, zinkende vaartuigen of explosie of brand op een vaartuig. Dit kan veroorzaakt worden door weersomstandigheden, technische mankementen of door inschattingsfouten.
Voorbeelden van grote ongevallen op het water zijn:
- Ongevallen met passagiersschepen, veerponten of offshore-platforms (brand, aanvaring, zinken).
- Ongevallen op waterrecreatiegebieden met watersporters of zwemmers, bijvoorbeeld als gevolg van natuurgeweld.
- Vliegtuigen die neerstorten op open water.
- Ongevallen met beroepsvaart, tankers, binnenvaartschepen en vissersschepen.
In 1987 vond de scheepsramp met de Herald of Free Enterprise. De autoveer kapseisde vlak na vertrek uit Zeebrugge, 193 mensen overleden. Let op: Ongevallen met gevaarlijke stoffen op cargo-schepen worden behandeld onder respectievelijk ongeval met giftige stof, ongeval met brandbare/explosieve stof of onder kernongeval.
Gevolgen
Net als op de weg zijn er veel verschillende mensen op het water. Daarom kunnen de gevolgen van een ongeval op het water ook zeer verschillend zijn. Een groot verschil met een ongeval op de weg is de manier van hulpverlening. Slachtoffers zijn moeilijk bereikbaar op het water en dit kost vaak tijd.
Ongevallen op het water met grote gevolgen zijn bijvoorbeeld lekkende tankers vlakbij de kust. Wanneer er veel olie vrijkomt kan dit een natuurramp veroorzaken.
Wat doet de overheid?
Om de gevolgen zo veel mogelijk te beperken zorgen de kustwacht, de KNRM, de waterpolitie en de traumahelikopter voor ondersteuning als er iets gebeurd.
Wat kunt u zelf doen?
Wanneer u het water op gaat en niet kunt zwemmen, of hulp nodig heeft bij een evacuatie, zorg dan van tevoren dat er iemand is die u kan helpen. Zorg ook dat u een goed passend reddingsvest draagt.
Raadpleeg voor aanpak bij calamiteiten de volgende rubrieken :
Mensen met een; . verstandelijke beperking • psychische beperking • conditionele beperking • zintuiglijke beperking • lichamelijke beperking . NAH/Afasie • sterk afwijkende lichaamslengte • Ouderen (65+) • Kinderen (14 -) • tijdelijke beperking • Laaggeletterden en niet-Nederlandssprekenden
