Laaggeletterden en niet-Nederlandssprekenden

Uit WIKIvarium
Naar navigatie springenNaar zoeken springen

Zintuigelijke beperking

Iemand is ongeletterd of analfabeet als deze persoon 15 jaar of ouder is en helemaal niet kan lezen en schrijven en dit ook nooit heeft geleerd. In Nederland wordt onderscheid gemaakt tussen ongeletterden en laaggeletterden. Laaggeletterden kunnen wel lezen en schrijven, maar beheersen deze vaardigheden niet goed genoeg om volwaardig te kunnen deelnemen aan de maatschappij. Er zijn ongeveer 1,5 miljoen mensen in Nederland (13%) die problemen hebben met lezen en schrijven. Hiervan zijn er 250.000 analfabeet. Oorzaken van laaggeletterdheid verschillen per individu.

Er is niet één specifieke oorzaak aan te wijzen. Onderzoek toont aan dat de volgende mensen kwetsbaar zijn: • Mensen met algemene leer- en gedragsproblemen, zoals concentratiestoornissen en een tekort aan discipline, of met specifieke lees- en schrijfproblemen, zoals taalzwakte en dyslexie; • Mensen met een taalachterstand, omdat thuis uitsluitend een buitenlandse taal wordt gesproken (bijvoorbeeld tweede en derde generatie immigranten); • Mensen die opgroeien in een “taalarme” omgeving zonder boeken, kranten en tijdschriften en die niet gestimuleerd worden om te lezen en te schrijven; • Mensen met groot schoolverzuim en weinig opleiding (bijvoorbeeld vanwege ziekte, lichamelijke handicap, spijbelen, voortijdig schoolverlaten of een reizend bestaan); • Mensen die op school onvoldoende aandacht en begeleiding kregen; • Mensen bij wie de vaardigheden zijn weggezakt. Bij lezen, schrijven en rekenen geldt het motto “use it or loose it.” Als je deze vaardigheden niet onderhoudt, raak je ze kwijt [www.lezenenschrijven.nl|_blank lezenenschrijven.nl]. De reden dat dit als beperking wordt meegenomen is, dat voor deze mensen de bestaande informatie over veiligheid bij rampen en/of overstromingen te moeilijk of niet leesbaar/begrijpbaar is.


Kenmerken

De groep niet-Nederlandssprekenden bestaat uit eerste generatie migranten, expats en de groepen werknemers uit het oosten van de Europese Unie, zoals Polen, Hongaren en Bulgaren. Expats en de groepen werknemers uit Oost-Europa worden ook wel Westerse allochtonen genoemd. Voor burgers in Nederland die de Nederlandse taal niet goed spreken en/of verstaan, is de bestaande informatie over veiligheid bij rampen en/of overstromingen te moeilijk of niet leesbaar/begrijpbaar. Door deze groep van laaggeletterden en niet-Nederlandssprekenden toe te voegen aan de groep verminderd zelfredzamen, zal het percentage hoger liggen dan 20-25%. Het percentage kan vanwege laaggeletterdheid niet verhoogd worden naar 33-37%, omdat een persoon met een beperking tegelijkertijd ook laaggeletterd kan zijn.


Informatie over calamiteiten, voorbereidingen en evacuatie

Informatie tijdens calamiteiten of in voorbereiding op calamiteiten wordt vaak op verschillende manieren verstrekt. Radio, televisie, schriftelijk en dergelijke. Natuurlijk is

Voorbereiding

Tips en aanbevelingen

Opvang en Nazorg

Ervaringen

Deze groep mensen beheersen de vaardigheden niet goed genoeg om de informatie over veiligheid bij rampen en/of overstromingen te lezen, te begrijpen of te interpreteren. Allochtonen, expats en mensen die de basisschool niet hebben voltooid behoren tot deze groep. De informatie over een mogelijke calamiteit, voorbereidingen en evacuatie zal voor laaggeletterden en niet-Nederlandssprekenden kort en eenvoudig moeten zijn. Ook zal de informatie verduidelijkt kunnen worden met pictogrammen. Een andere mogelijke toevoeging is de basisinformatie over veiligheid aan te bieden tijdens inburgeringcursussen en via een ‘eigen’ taalfolder, die tevens te gebruiken is om de toeristen van informatie te voorzien.